Natuur & Techniek: Natuurkunde – Groep 3

Gemiddeld
11 min lezen
3 Leerdoelen

Natuur & Techniek: Natuurkunde – Groep 3 'Gemiddeld' cursus voor examenvoorbereiding, studiehulp, of beter begrip en aanvullende uitleg over Eigenschappen van materie, Beweging van voorwerpen en Krachten en veranderingen in beweging, met educatief studiemateriaal en oefenvragen. Sla deze gratis cursus over Natuur & Techniek: Natuurkunde – Groep 3 op om je voortgang bij te houden voor 3 hoofdleerdoelen en 3 subdoelen, en maak extra oefenvragen aan.

Introductie

Welkom in de fascinerende wereld van natuurkunde! 🔬 In groep 3 ga je ontdekken hoe de wereld om ons heen werkt. Je leert over verschillende voorwerpen en hun eigenschappen, hoe dingen bewegen en wat er gebeurt als we ze duwen of trekken.

Je gaat experimenteren met allerlei materialen en voorwerpen die je kent van thuis en school. Door te kijken, voelen en proberen ontdek je hoe voorwerpen verschillen van elkaar en hoe ze zich gedragen. Dit helpt je om de wereld beter te begrijpen!

Wat ga je leren?

  • Hoe je voorwerpen kunt sorteren op hun eigenschappen
  • Verschillende manieren waarop dingen kunnen bewegen
  • Hoe duwen en trekken dingen laat bewegen

Waarom is dit belangrijk? Door natuurkunde te leren, begrijp je hoe speelgoed werkt, waarom sommige dingen zinken en andere drijven, en hoe je zelf dingen kunt laten bewegen. Deze kennis helpt je elke dag bij het spelen en ontdekken!

Ontdek de eigenschappen van voorwerpen

Overal om je heen zie je verschillende voorwerpen. Een bal 🏀, een blok 🧱, een appel 🍎 - ze zijn allemaal anders! In dit hoofdstuk ga je ontdekken wat voorwerpen bijzonder maakt en hoe je ze kunt sorteren.

Voorwerpen sorteren op waarneembare eigenschappen

Als detective ga je voorwerpen onderzoeken! 🔍 Je gebruikt je ogen, handen en soms zelfs je neus om te ontdekken hoe voorwerpen verschillen van elkaar.

Wat zijn eigenschappen?

Eigenschappen zijn de bijzondere kenmerken van voorwerpen die jij kunt waarnemen. Net zoals jij je eigen haar kleur hebt en je eigen lengte, hebben voorwerpen ook hun eigen kenmerken die hen uniek maken.

Sorteren op grootte

Grootte is een eigenschap die je gemakkelijk kunt zien! 📏 Sommige voorwerpen zijn groot, zoals een tafel, en andere zijn klein, zoals een knoop. Je kunt voorwerpen van groot naar klein zetten, net zoals je blokken op volgorde van grootte kunt stapelen.

Activiteit: Verzamel verschillende voorwerpen uit de klas. Leg ze op volgorde van klein naar groot. Welk voorwerp is het kleinste? Welk is het grootste?

Sorteren op vorm

Vormen zijn overal! ⭐ Sommige voorwerpen zijn rond zoals een bal 🏀, andere zijn vierkant zoals een dobbelsteen 🎲, en weer andere zijn driehoekig zoals een punthoed 🎩.

Leuke vormen die je kunt vinden:

  • Rond: munten, ballen, wielen
  • Vierkant: blokken, boeken, ramen
  • Driehoekig: punthoed, bergtoppen, driehoeklineaal
  • Rechthoekig: telefoons, deuren, chocoladerepen
Sorteren op kleur

Kleuren maken de wereld vrolijk! 🌈 Je kunt voorwerpen sorteren op rood ❤️, blauw 💙, geel 💛, groen 💚, en alle andere kleuren die je kent.

Kleurenspel: Ga op zoek in de klas naar voorwerpen van dezelfde kleur. Hoeveel rode voorwerpen kun je vinden? En blauwe?

Temperatuur voelen

Met je handen kun je voelen of iets warm 🔥 of koud ❄️ is. Let op: vraag altijd eerst aan een volwassene voordat je iets aanraakt!

Warme voorwerpen: kop thee, radiator, zonlicht Koude voorwerpen: ijsblokjes, koelkast, sneeuw

Gewicht ontdekken

Gewicht voel je als je voorwerpen oppakt. Sommige zijn zwaar 🏋️ en andere zijn licht 🪶. Een steen is zwaar, een veertje is licht!

Gewicht vergelijken: Pak een boek en een vel papier. Welke voelt zwaarder? Pak nu een appel en een sinaasappel. Welke is zwaarder?

Textuur ervaren

Textuur is hoe iets aanvoelt als je het aanraakt. Voorwerpen kunnen zijn:

  • Glad zoals glas of een spiegel ✨
  • Ruw zoals schuurpapier of boomschors 🌳
  • Zacht zoals een knuffel of watjes 🧸
  • Hard zoals een steen of tafel 🪨
Drijven en zinken

Wanneer je voorwerpen in water legt, gebeurt er iets bijzonders! 💧 Sommige voorwerpen drijven (blijven bovenop het water) en andere zinken (gaan naar de bodem).

Voorwerpen die meestal drijven: kurk, hout, plastic speelgoed, bal Voorwerpen die meestal zinken: steen, metalen lepel, munt, sleutel

Waterspel: Vul een bak met water en probeer te voorspellen welke voorwerpen zullen drijven en welke zullen zinken. Test het dan!

Waarom sorteren we?

Sorteren helpt ons om:

  • Orde te maken in onze spullen 📚
  • Verschillen tussen voorwerpen beter te zien
  • Overeenkomsten te ontdekken
  • Keuzes te maken (welke bal gebruik ik om te spelen?)

In winkels worden voorwerpen ook gesorteerd: alle appels bij elkaar, alle brood bij elkaar. Dit maakt het makkelijker om te vinden wat je zoekt!

Belangrijkste Punten

Eigenschappen zijn de bijzondere kenmerken van voorwerpen die we kunnen waarnemen

We kunnen sorteren op grootte (groot/klein), vorm (rond/vierkant), en kleur

Temperatuur voelen we als warm of koud, gewicht als zwaar of licht

Textuur vertelt ons hoe iets aanvoelt: glad, ruw, zacht of hard

In water drijven sommige voorwerpen en zinken andere

Sorteren helpt ons de wereld om ons heen beter te begrijpen en ordenen

Alles beweegt op zijn eigen manier

Kijk eens om je heen! 👀 Overal zie je dingen bewegen. Een auto rijdt over de straat, een vogel vliegt door de lucht, en een bal rolt over de grond. Elk voorwerp heeft zijn eigen manier van bewegen. Kom mee ontdekken!

Verschillende manieren van bewegen demonstreren en beschrijven

Beweging is overal! Van het moment dat je opstaat tot je gaat slapen, zie je dingen bewegen. Laten we samen ontdekken hoe voorwerpen kunnen bewegen! 🎯

Wat is beweging?

Beweging betekent dat iets van de ene plaats naar de andere plaats gaat. Als een auto van jouw huis naar school rijdt, dan beweegt de auto. Als jij van je stoel opstaat en naar het raam loopt, dan beweeg jij!

Rechtdoor bewegen (rechte lijn)

Sommige dingen bewegen rechtdoor in een rechte lijn, net als een liniaal! 📏

Voorbeelden van rechte beweging:

  • Een auto die rechtdoor over een rechte weg rijdt 🚗
  • Een bal die je rechtdoor rolt over de grond ⚽
  • Een trein die over rechte rails rijdt 🚂
  • Een papieren vliegtuigje dat rechtdoor vliegt ✈️

Probeer het zelf: Rol een bal rechtdoor over de tafel. Zie je hoe hij in een rechte lijn beweegt?

Zigzag bewegen

Zigzag beweging gaat van links naar rechts en weer terug, zoals de letter Z! ⚡

Voorbeelden van zigzag beweging:

  • Een slang die beweegt 🐍
  • Skiërs die de berg af gaan ⛷️
  • Een auto die tussen pylonen rijdt
  • Een voetballer die zigzaggend tussen anderen doorloopt ⚽

Spel: Loop zigzaggend door de klas. Ga van links naar rechts en weer terug!

Heen-en-weer bewegen

Heen-en-weer beweging is als een schommel! Het gaat naar de ene kant, stopt, en gaat dan weer terug naar waar het begon. 🎪

Voorbeelden van heen-en-weer beweging:

  • Een schommel in de speeltuin 🎠
  • Een slinger van een klok 🕰️
  • Een ruitenwisser van een auto
  • Je hand als je zwaait 👋
  • Een zaag waarmee hout wordt gezaagd

Activiteit: Maak zelf een heen-en-weer beweging met je arm, net als een slinger!

Rond en rond bewegen (cirkelvormig)

Cirkelvormige beweging gaat rond en rond, als een cirkel! ⭕

Voorbeelden van ronde beweging:

  • Wielen van een fiets die draaien 🚲
  • Een draaimolen op de kermis 🎠
  • Een wasmachine die draait
  • Een ventilator die ronddraait 🌀
  • Een tol die spint
  • De aarde die rond de zon draait 🌍

Doe mee: Draai rond en rond zoals een draaimolen!

Snelle en langzame beweging

Voorwerpen kunnen snel of langzaam bewegen! 🏃‍♀️🐌

Snelle bewegingen:

  • Een raceauto op het circuit 🏎️
  • Een kogel uit een kanon
  • Een bal die hard gegooid wordt
  • Een vogel die wegvliegt 🐦

Langzame bewegingen:

  • Een slak die kruipt 🐌
  • Een schildpad die loopt 🐢
  • Een ballon die langzaam wegdrijft 🎈
  • Een klok wijzer die beweegt

Vergelijking spel: Loop eerst heel langzaam door de klas, zoals een schildpad. Loop dan snel, zoals een konijn! 🐰

Bewegingen combineren

Sommige voorwerpen maken verschillende bewegingen tegelijk!

Voorbeelden:

  • Een bal die stuitert: omhoog en omlaag (heen-en-weer) EN vooruit (rechte lijn) ⚾
  • Een vliegtuig: rechtdoor EN omhoog 🛩️
  • Een auto in een bocht: vooruit EN in een cirkel 🚙
  • Een voetbal die wordt geschopt: rechtdoor EN rond en rond ⚽
Beweging observeren

Om beweging goed te waarnemen, kun je:

  • Goed kijken met je ogen 👀
  • Volgen met je vinger waar iets heen gaat
  • Beschrijven wat je ziet: "De bal rolt rechtdoor"
  • Vergelijken: "Deze auto rijdt sneller dan die auto"
Waarom leren we over beweging?

Bewegingen begrijpen helpt ons:

  • Veilig te zijn (kijken voordat we oversteken)
  • Beter spelen (voorspellen waar een bal heen gaat)
  • De natuur begrijpen (hoe dieren zich bewegen)
  • Machines begrijpen (hoe speelgoed werkt)

Bewegings-ontdekkingstocht: Ga vandaag op zoek naar verschillende bewegingen. Kun je alle bewegingssoorten vinden die we hebben geleerd?

Belangrijkste Punten

Beweging betekent dat iets van de ene plaats naar de andere gaat

Rechte lijn: voorwerp beweegt rechtdoor, zoals een auto op een rechte weg

Zigzag: beweging van links naar rechts en terug, zoals een slang

Heen-en-weer: beweging die teruggaat naar het startpunt, zoals een schommel

Rond en rond: cirkelvormige beweging, zoals fietswielen die draaien

Bewegingen kunnen snel of langzaam zijn, en soms worden verschillende bewegingen gecombineerd

Duwen en trekken: krachten die bewegen

Hoe zet je een stilstaande bal in beweging? Hoe stop je een rollende bal? Het antwoord is: door krachten te gebruiken! 💪 Elke keer als je iets duwt of trekt, gebruik je een kracht. Kom mee ontdekken hoe krachten ons helpen!

Demonstreren hoe duwen en trekken beweging verandert

Krachten zijn overal om ons heen! Elke keer als je een deur opendoet, een bal gooit, of een speelgoedauto duwt, gebruik je krachten. Laten we ontdekken hoe duwen en trekken dingen laat bewegen! 🚀

Wat zijn krachten?

Krachten zijn duwen en trekken die we gebruiken om voorwerpen te laten bewegen of om hun beweging te veranderen. Net zoals jij je spieren gebruikt om iets op te tillen, gebruiken we krachten om de wereld om ons heen te beïnvloeden.

Duwen - wegbewegen

Duwen betekent dat je iets van je weg beweegt. Je gebruikt je handen, voeten, of lichaam om iets een andere kant op te laten gaan. 👐

Voorbeelden van duwen:

  • Een deur openen door te duwen 🚪
  • Een bal wegschoppen ⚽
  • Een speelgoedauto over de tafel duwen 🚗
  • Een schommel een zetje geven
  • Tandpasta uit de tube duwen 🦷
  • Een winkelwagentje duwen 🛒

Probeer het: Leg een boek op tafel. Duw het met je vinger. Zie je hoe het beweegt?

Trekken - naar je toe bewegen

Trekken betekent dat je iets naar je toe beweegt. Je gebruikt je handen om iets dichter bij je te brengen. ✋

Voorbeelden van trekken:

  • Een deur openen door te trekken 🚪
  • Een speelgoedwagon trekken
  • Je jas aan trekken 🧥
  • Een touw trekken in touwtrekken
  • Laden van een kast open trekken
  • Een rits dicht trekken

Probeer het: Pak hetzelfde boek en trek het naar je toe. Nu beweegt het de andere kant op!

Stilstand en beweging

Wanneer voorwerpen stilstaan, hebben ze een kracht nodig om in beweging te komen:

  • Een bal op de grond blijft liggen tot je hem duwt of schopt ⚽
  • Een auto start niet vanzelf - de motor geeft de kracht 🚗
  • Een fiets beweegt niet tot je op de pedalen trapt 🚲

Experiment: Leg verschillende voorwerpen op tafel (bal, blok, potlood). Probeer ze allemaal te laten bewegen zonder ze aan te raken. Kan dat? Nee! Je hebt altijd een kracht nodig.

Beweging veranderen

Als iets al beweegt, kun je krachten gebruiken om die beweging te veranderen:

Sneller maken:

  • Een schommel harder duwen 🎠
  • Een bal harder gooien ⚾
  • Harder op fietspadalen trappen 🚲

Langzamer maken of stoppen:

  • Een rollende bal tegenhouden met je hand ✋
  • Remmen op een fiets 🚲
  • Een schommel vasthouden

Richting veranderen:

  • Een bal een andere kant op duwen ⚽
  • Het stuur van een auto draaien 🚗
  • Een vliegtuig laten draaien ✈️
Sterke en zwakke krachten

Sterke krachten maken grote veranderingen:

  • Hard duwen → voorwerp beweegt snel 🏃‍♀️
  • Veel kracht → voorwerp gaat ver 🌟
  • Sterke trek → voorwerp komt snel naar je toe

Zwakke krachten maken kleine veranderingen:

  • Zacht duwen → voorwerp beweegt langzaam 🐌
  • Weinig kracht → voorwerp gaat niet ver
  • Zachte trek → voorwerp beweegt langzaam naar je toe

Kracht-experiment: Duw een bal eerst heel zacht, dan heel hard. Wat zie je?

Krachten in je dagelijks leven

Je gebruikt elke dag heel veel krachten:

's Ochtends:

  • Je duwt je dekens weg 🛏️
  • Je trekt je kleren aan 👕
  • Je duwt je tandenborstel over je tanden 🦷

Op school:

  • Je duwt een potlood over papier ✏️
  • Je trekt een boek uit je tas 📚
  • Je duwt stoelen onder de tafel

Tijdens het spelen:

  • Je duwt vrienden op de schommel
  • Je trekt een speelgoedwagon 🚛
  • Je duwt een bal naar vrienden ⚽
Krachten in de natuur

Ook in de natuur zijn er krachten:

  • Wind duwt de bladeren van bomen 🌳
  • Zwaartekracht trekt dingen naar beneden (appel valt van boom) 🍎
  • Water duwt bootjes voort 🚤
  • Dieren gebruiken spieren als krachten om te bewegen 🐕
Krachten samenwerken

Soms werken meerdere krachten samen:

  • Touwtrekken: alle kinderen trekken samen 💪
  • Een auto duwen: meerdere mensen duwen samen 🚗
  • Een zware doos tillen: samen optillen 📦

Samen zijn we sterker dan alleen!

Waarom leren we over krachten?

Krachten begrijpen helpt ons:

  • Veilig te spelen (niet te hard duwen)
  • Efficiënt te werken (minder kracht verspillen)
  • Problemen op te lossen (hoe krijg ik dit voorwerp waar ik het wil?)
  • De wereld te begrijpen (waarom vallen dingen naar beneden?)

Kracht-ontdekkingsdag: Ga vandaag letten op alle keren dat je duwt en trekt. Hou ze bij op je vingers. Hoeveel kun je tellen?

Belangrijkste Punten

Krachten zijn duwen en trekken die beweging kunnen veranderen

Duwen beweegt iets van je weg, trekken beweegt iets naar je toe

Stilstaande voorwerpen hebben een kracht nodig om in beweging te komen

Sterke krachten maken grote veranderingen, zwakke krachten kleine veranderingen

We gebruiken elke dag krachten: bij aankleden, spelen, en werken

In de natuur werken ook krachten: wind, zwaartekracht, en dieren die bewegen

Leerdoelen

Leerlingen leren hoe ze voorwerpen kunnen herkennen en sorteren op basis van wat ze kunnen zien, voelen en ervaren.

Voorwerpen sorteren op waarneembare eigenschappen

Leerlingen kunnen voorwerpen ordenen op basis van grootte, vorm, kleur, temperatuur, gewicht, textuur en drijf- of zinkeigenschappen.

Leerlingen ontdekken en beschrijven de verschillende manieren waarop voorwerpen kunnen bewegen.

Verschillende manieren van bewegen demonstreren en beschrijven

Leerlingen kunnen laten zien en uitleggen hoe voorwerpen bewegen: in rechte lijn, zigzag, heen-en-weer, rond en rond, snel en langzaam.

Leerlingen leren dat duwen en trekken nodig zijn om voorwerpen in beweging te zetten of hun beweging te veranderen.

Demonstreren hoe duwen en trekken beweging verandert

Leerlingen kunnen laten zien dat de manier om beweging van een voorwerp te veranderen is door te duwen of te trekken.

Oefenen & Opslaan

Test je kennis met oefenvragen of sla dit studiemateriaal op in je account.

Beschikbare Oefensets

3 sets

Oefening - Eigenschappen van materie

Moeilijkheidsgraad: INTERMEDIATE
10
Vragen in deze set:
  • Emma heeft een doos met speelgoed 🧸. Ze vindt een bal ⚽, een blok 🧱 en een veertje 🪶. Als Emma ze op grootte wil sorteren van klein naar groot, welke volgorde is dan juist?

  • Juf Lisa laat kinderen voorwerpen sorteren op kleur. Ze heeft appels 🍎, bananen 🍌 en bosbessen 🫐. Welke kleur hoort bij welk fruit?

  • ...en nog 8 andere vragen

Oefening - Krachten en veranderingen in beweging

Moeilijkheidsgraad: INTERMEDIATE
10
Vragen in deze set:
  • Isa heeft een bal ⚽ die stilligt op de grond. Ze wil de bal laten bewegen. Wat moet Isa doen om de bal in beweging te krijgen?

  • Tom speelt met een speelgoedauto 🚗. De auto rijdt over de tafel. Tom wil hem laten stoppen. Wat moet Tom doen?

  • ...en nog 8 andere vragen

Oefening - Beweging van voorwerpen

Moeilijkheidsgraad: INTERMEDIATE
10
Vragen in deze set:
  • Koen rolt een bal 🏀 van zijn kamer naar de keuken. De bal gaat rechtdoor zonder te stoppen. Welke beweging maakt de bal?

  • Emma ziet een slang 🐍 bewegen door het gras. De slang beweegt van links naar rechts en weer terug. Hoe heet deze beweging?

  • ...en nog 8 andere vragen